Voor JBA’s artistiek directeur Alain Honorez zou het cijfer 5 wel eens hét beslissende getal in zijn parcours kunnen zijn: zelf net 45 geworden bereikt ook zijn jong gezelschap een eerste mijlpaal en dit zal gevierd worden met een speciale jubileumvoorstelling getiteld “5!”. Alain blikt terug op de eerste vijf jaar van Junior Ballet Antwerp sinds de lancering, iets waar hij zelf vol verwondering op reageert! Judith Delmé had met hem een gesprek op de vooravond van zijn verjaardag.
JD. “Terugblikkend op de oorspronkelijke doelstellingen van JBA, had je vijf jaar geleden kunnen voorzien waar jullie nu staan?”
AH. “Wetende dat jonge dansers vaak meer tijd, begeleiding en kansen nodig hebben dan momenteel gangbaar is om een professionele carrière aan te vatten, was dit ons voornaamste doel van bij de start: een platform creëren waar jonge talenten van overal ter wereld de kans krijgen om professionele ervaring op te doen.
Bij de start van een project is ‘een visie hebben’ van groot belang! Weten welke richting je uitgaat… Maar wij hadden toen geen idee en hielden het zelfs niet voor mogelijk om in te schatten hoeveel we op korte tijd zouden bereiken, terwijl we uiteindelijk toch meerdere obstakels hebben overwonnen (Covid/financiële crisis…).
Onze eerste stap bestond er uit om naast de dansers, een betrouwbaar team te vormen, mensen die met ons wilden samenwerken en die in ons project geloofden. In de tweede plaats was het de bedoeling een repertoire samen te stellen dat zowel een publiek zou aanspreken als onze dansers zou helpen groeien.
SEASONS 4.0, ons eerste programma, was een eclectische mix – 4 verschillende stijlen van 4 verschillende choreografen. Ik meen te kunnen zeggen dat dit optreden echt de toon zette voor alles wat daarna nog ging komen.”
JD. “Wat dat betreft hebben jij en Altea een groot netwerk waar jullie uit konden (en kunnen) putten.”
AH. “Ja zeker, JBA zou niet zijn wat het vandaag is zonder Altea’s dagelijkse inzet, de steun van Irma en van ons kernteam, maar ook de vele choreografen en docenten met wie wij als dansers hadden samengewerkt en die bereid waren ons te helpen. Velen onder hen zeiden dat Altea en ik als dansers altijd zo genereus waren geweest en dat het niet meer dan normaal was dat zij in ruil hun steentje wilden bijdragen.
Ik wil benadrukken hoe gelukkig we waren en nog steeds zijn dat choreograaf David Dawson het peterschap aanvaardde en ons het prachtige ballet METAMORPHOSIS schonk. David legt de lat altijd heel hoog, de danstechniek van zijn werk zorgt ervoor dat je zowel fysiek als technisch steeds verder reikt, waardoor je uiteindelijk artistiek een hoger level bereikt.”
JD. “Ja, dat is zeker iets van onschatbare waarde om door te geven aan je dansers.”
AH. “Mensen vragen ons soms waarom we zulke perfectie eisen… Altea en ik hebben dat in onze karakters, we dagen onszelf voortdurend uit en werken toe naar het hoogst mogelijke niveau. We zijn allebei van mening dat de jonge generatie moet inzien dat het noodzakelijk is om jezelf dagelijks uit te dagen en je grenzen te verleggen als je gekozen hebt voor één van de moeilijkste maar ook mooiste beroepen die er bestaan. Het draait allemaal om te willen blijven groeien.
Altea en ik leren elke dag bij én ook van onze dansers. Om hen bij te staan in het nemen van hun volgende stappen, dienen we uit te zoeken wat goed is voor elk van hen en moeten wij hun zwakke en sterke punten leren kennen en begrijpen. Dat proces om de individuele behoeften en capaciteiten van elke danser te doorgronden kost tijd. Over het algemeen merken we dat diegenen die niet bang zijn om fouten te maken en uit hun comfortzone durven stappen, een grotere kans op slagen hebben.”
JD. “Wat zijn volgens jou de hoogte- en dieptepunten van de afgelopen jaren?”
AH. “Het leven draait om ‘ups’ en ‘downs’… zonder de “downs” kan je niet ten volle genieten van de “ups” en zolang we de middelen en de kracht vinden om door te gaan, zijn we niet bang om te springen en er voor te gaan! Altea en ik zijn zeer bescheiden mensen. Diep van binnen weten we dat we goed bezig zijn met JBA, maar we stellen onszelf continu in vraag… Is het de juiste weg die we bewandelen? Helpen we onze dansers op de beste manier? Wat zouden we anders en nog beter kunnen doen? …
Gelukkig hebben we elkaar om elkaars keuzes af te toetsen en te steunen.”
JD. “Ja, de solide fundering van JBA is zonder twijfel jullie partnerschap en de interactie waarmee jullie alles met elkaar bespreken en naar hetzelfde doel toe werken. Hoe gaat het er aan toe in moeilijke tijden?”
AH. “Oh, we hebben heel veel worstelingen gehad, maar dat heeft ons geleerd creatief te zijn, de moeilijkheid om te keren en er iets positiefs van te maken.
Natuurlijk kwam corona op het slechtste moment ooit, zo kort na de opstart van JBA… Wij hadden niets om op terug te vallen, er was namelijk geen vorig seizoen. Maar omdat we zo hard moesten vechten om te overleven blijft alles wat we in die tijd deden heel bijzonder: de kortfilms die we maakten, de MINIATUUR-optredens die we in de studio organiseerden… het bracht ons allemaal heel dicht bij elkaar.
Een paar maanden geleden nog stonden we onder financiële druk en moesten we nog harder werken: sponsors zoeken, optredens verkopen, open lessen, danscursussen en andere evenementen organiseren… We zijn letterlijk een versnelling hoger gegaan en de positieve reactie daarop begint zich te laten voelen!”
JD. “Een repertoire samen stellen dat je dansers uitdaagt en tegelijkertijd je publiek tevreden houdt is geen sinecure.”
AH. “We hebben twee credo’s waar we niet van afwijken: luisteren naar wat de onderbuik zegt, is erg belangrijk – ik volg bijna altijd mijn instinct! En verder proberen we onszelf niet te herhalen…. Na een technisch zeer veeleisend stuk als METAMORPHOSIS hadden we vorig jaar een klassieker met livemuziek CINDERELLA en wagen we ons dit jaar aan een multi-disciplinair kunstproject JAMES. We proberen ons ook niet te veel te laten beïnvloeden door wat er in de wereld gebeurt. Alles verandert vandaag zo snel en het is heel makkelijk om het contact met de danskunst te verliezen door voor sensatie te gaan. Ik ben niet iemand die de trends van het moment volgt – er zit een zekere leegheid en oppervlakkigheid in om voor dat pad te kiezen.”
JD. “Men beweert dat het 10 jaar duurt vooraleer een dergelijk project een positief resultaat rendeert…”
AH. “Spijtig genoeg hebben we 2 jaar verloren door Covid, maar sindsdien hebben we veel bereikt. Onze focus nu is gericht op stabiele structurele zekerheid die niet afhankelijk hoeft te zijn van de financiële bijdrage of inbreng van onze dansers.
Tenslotte wil ik af van wat ik ‘de grijze zone’ noem, de verplichting om ofwel een school dan wel een compagnie te zijn!
Zolang onze missie duidelijk is en het resultaat zichtbaar, maakt het volgens mij niet uit onder welke noemer men ons plaatst. Vandaag gaat het steeds over ‘inclusie’…. waarom is het dan zo moeilijk om ons te zien voor wie we zijn en wat we doen: nl jonge onervaren dansers verder op weg helpen bij de aanvang van hun professionele carrière!
Altea en ik werden nooit gedreven in ons leven of in onze carrière door een allesoverheersende ambitie maar wel door de liefde voor de kunstvorm en de passie voor ons beroep en dat heeft ons gebracht waar we vandaag staan.
Mocht ik een glazen bol hebben om te weten wat ons te wachten staat (Alain grinnikt), dat zou pas gemakkelijk zijn maar die heb ik niet. Wat ik wel heb is een onwrikbaar VERTROUWEN dat alles wel op zijn pootjes zal terecht komen. Er zit niets anders op dan door te gaan in de overtuiging én met vertrouwen dat op één of andere manier de zaken zullen verlopen zoals ze moeten verlopen. Laten we het glas heffen op de volgende 5!”
© Nicha Rodboon & Filip Van Roe